We krijgen vaak vragen over welk bit nu het meest geschikt is voor een paard. In dit artikel leggen we je graag wat meer uit over de meest gebruikte bitten: de watertrens, bustrens en D-trens. Deze bitten werken het meest vriendelijk in bij je paard en de meeste paarden lopen prima op een van deze varianten. Maar welke werkt nu precies scherper in en welke gebruik je bij een onervaren paard? In dit artikel leggen we je graag uit wat het verschil is tussen deze populaire trensen.
Wat is een trens?
Laten we bij het begin beginnen: een trens is een type paardenbit. Het heeft meestal ronde of D-vormige ringen aan de uiteinden, waaraan de teugels bevestigd kunnen worden. Het mondstuk werkt zonder hefboom in op de mond van het paard. Toch hebben verschillende trensen ook verschillende manieren om druk uit te oefenen op het paard.
Drukpunten: Cheek, Curb en Poll
Het is belangrijk om de verschillende drukpunten te begrijpen zodat je ook de inwerking van een bit of trens beter begrijpt. We maken onderscheid tussen verschillende drukpunten:
- Druk op de Cheek (de kaak). Dit drukpunt helpt om je paard te scholen, nageeflijk te laten lopen en te sturen.
- Druk op de Curb (onder de kin). Dit drukpunt zorgt voor extra controle en helpt om de kin in te trekken. Druk door bijvoorbeeld een kin-ketting op dit gebied werkt scherp in, maar wordt zachter door de druk te verdelen over de kaak en achter de oren. Bovendien maakt een nylon kinriempje of een heel zacht onderlegde ketting de inwerking op dit gebied zachter terwijl toch het intrekken van de kin wordt gestimuleerd.
- Druk op de Poll (achter de oren). De druk op deze plek hangt af van de lengte van het gedeelte aan de bovenkant van het mondstuk. Als je het bit van de zijkant bekijkt gaat het om de lengte van alles wat je boven het mondstuk ziet tot waar hij vast wordt gemaakt aan het hoofdstel. Bij een ophaaltrens is deze druk daardoor bijvoorbeeld veel scherper dan bij een gewone watertrens. Een paard die deze vorm van druk accepteert zal zijn hoofd naar beneden brengen. Deze zogenaamde ‘Poll pressure’ wordt ook weer in combinatie met andere vormen van druk gecombineerd zodat deze niet te heftig op een plek uitgeoefend wordt.
Vaste versus losse ringen
Er zijn trensen met vaste en met losse ringen. Een bustrens en D-trens hebben bijvoorbeeld vaste ringen. Dit betekent dat de ringen vastzitten aan het mondstuk en deze niet kunnen draaien. Bij een watertrens kunnen de ringen wel draaien en gaan ze verticaal door het mondstuk. Het draaien van de ringen zorgt ervoor dat de druk op de tong en de lagen sneller versterkt en verlicht kan worden. Daarbij werkt het bit druk uit op de kaak en niet achter de oren of de kin.
Tegenwoordig zijn er ook bitten op de markt die een combinatie zijn van vaste en losse ringen. Ze hebben het voordeel van het solide gevoel en begrenzing aan de zijkanten, maar geven tegelijkertijd geen druk achter de oren. Bovendien wordt de druk op de tong en lagen sneller teruggebracht waarbij het bit dus in de natuurlijke positie terugkomt.
Nu dit allemaal besproken is, willen we kort stilstaan bij de verschillende trensen.
Bustrens
Zoals eerder genoemd heeft de bustrens heeft vaste ringen: ze zitten vast aan het mondstuk en kunnen niet draaien. De bustrens is zo vormgegeven dat de ringen vlak bij de lippen liggen en nageeflijkheid nog beter stimuleren. Bovendien geven vaste ringen een solide gevoel aan de zijkanten van het hoofd en ze worden ook minder snel door de mond van het paard getrokken. Doordat de ringen vastzitten aan het mondstuk oefenen ze beide ook lichte druk uit achter de oren. De bustrens ligt rustiger in de mond, begrenst het paard meer en geeft druk op de kaak en achter de oren. Een bustrens geeft in vergelijking tot een D-trens iets minder druk achter de oren.
D-trens
De D-trens heeft veel overeenkomsten met de bustrens. Het grootste verschil is dat een D-trens in vergelijking met een bustrens iets meer druk geeft achter de oren. Dit komt omdat het gedeelte boven het mondstuk langer is dan bij een bustrens. Verder komt deze trens in hoofdlijnen overeen met de bustrens: Hij heeft vaste ringen en is zo vormgegeven dat de ringen vlak bij de lippen liggen en nageeflijkheid nog beter stimuleren. Bovendien geven de vaste ringen een solide gevoel aan de zijkanten van het hoofd. De ringen worden ook niet zo snel door de mond van het paard getrokken. De D-trens ligt rustig in de mond, begrenst het paard meer en geeft druk op de kaak en achter de oren.
Watertrens
Deze trens heeft losse ringen. Dat betekent dat deze kunnen draaien en verticaal door het mondstuk gaan. Door het draaien kan de druk op de tong en de lagen sneller versterkt en verlicht worden. Het bit oefent druk uit op de kaak en niet achter de oren of op de kin. De watertrens ligt losser in de mond en kan ook sneller door de mond heen getrokken worden. Belangrijk is dat een watertrens altijd 5 cm groter moet zijn om te voorkomen dat het velletje van je paard tussen het bit en de ringen komt en wondjes veroorzaakt.
Wat is de beste trens voor je paard?
Wanneer we bovenstaande kenmerken terugkoppelen aan de verschillende vormen van bitten zie je dat een watertrens met losse ringen alleen druk op de kaak geeft, losser in de mond ligt en ook sneller door de mond heen kan worden getrokken. De bustrens en D-trens liggen rustiger in de mond, begrenzen het paard meer en geven druk op de kaak en achter de oren. Een D-trens geeft in vergelijking tot een bustrens iets meer druk achter de oren. Dit komt omdat het gedeelte boven het mondstuk langer is dan bij een bustrens. Beide bitten geven een wat meer gelijkmatige druk op de tong die trager verminderd wordt. De tabel geeft de verschillen in druk weer.
|
Cheek |
Curb |
Poll |
Watertrens |
|
|
|
Bustrens |
|
|
|
D-trens |
|
|
|
Wat de beste keuze is voor je paard, hangt dus af van wat je paard nodig heeft en uiteraard ook je eigen ervaring. Doorgaans zal een jong en onervaren paard zich makkelijker laten sturen met een bustrens of D-trens en ligt deze stiller in de mond. Maar een paard die licht in de aanleuning is zal normaal gesproken weer fijner lopen op een watertrens waarbij hij zo min mogelijk druk ervaart. Hoe mooi het ook zou zijn om in een keer het perfecte bit te vinden hangt veelal ook af van het mondstuk zelf, de rest van de optoming, maar ook je eigen ervaring en spierkracht spelen een rol.
Wil je meer weten over mondstukken, zoals de enkelgebroken en dubbelgebroken mondstukken? Lees dan onze blog: Wat is het beste mondstuk voor mijn paard?
Gratis bitadvies
Al deze punten nemen we mee in ons bitadvies. We helpen je graag bij het maken van een juiste keuze. Laat het ons dus weten als je hulp nodig hebt!